zondag 18 september 2011

Pyreneeën 2011 Dag 1

We zijn alweer een maand thuis als ik mijn fietservaringen in de Pyreneeën publiceer. Voornaamste reden is de migratie terreur van web-log.nl. Mijn blog ligt er daardoor al een maand uit. Gelukkig maakte ik ooit een blog aan bij onze vrienden van Google en dat gaat nu dienst doen als tijdelijke (?) blogopvang.

Half augustus bivakkeren Liesbeth en ik 2 weken in Estaing op 20 km van Lourdes en vlakbij Argeles Gazost. Volgens velen dé ideale uitvalsbasis voor fietsritjes naar Pyreneeënreuzen als Tourmalet en Aubisque.

De eerste volle dag op de camping stap ik gelijk op de fiets. Het is per slot van rekening de bedoeling om 9 beklimmingen bij te gaan schrijven. Fietsvriend Meindert tipte me op een mooi rondje met Spandelles, Soulor , Aubisque weer Soulor en de Col des Bordères. Niet mals. Ik begin met een afdaling van 10 kilometer naar Argeles. Tijdens onze aankomst had ik daar de afslag naar Gez al gezien. In Gez start de klim naar de Col de Spandelles. Het weer is geweldig, een mooie opsteker na de natte zomer in Nederland. De Spandelles krult mooi omhoog. Het venijn zit in de staart. De laatste 2 kilometer, van in totaal 15, doen namelijk behoorlijk pijn.

Na de afdaling kom ik aan in Eschartes. Daar gaat het linksaf richting Soulor. Niet al te heftig zijn de 1e kilometers. Bij Ferrieres begint het echt te stijgen. Zoals bij veel Pyreneeëncols staan ook hier bij elke kilometer bordjes met het stijgingspercentage van de komende kilometer. Een aardige Spanjaard rijdt kilometers achter me. Dat wou ik graag zo houden maar het lukt niet. Hij blijft even naast me rijden en we wisselen wat woorden. Hij zegt het verstandig te vinden om in het weekend de Soulor vanaf de noordkant aan te vallen. Vanuit het westen of oosten is nu vragen om problemen. Het barst daar van het auto- en motorverkeer terwijl het hier heerlijk rustig is. Dan peddelt hij rustig bij me vandaan. Ik blijf rustig doortrappen want er wacht nog meer. In de klim is de weg naar de Aubisque al goed te zien. Prachtig ligt die weg tegen de berghelling aangeplakt.

Op de Soulor aangekomen gun ik me geen rust en daal een paar kilometer naar het westen om dan nog 7 kilometer te gaan klimmen voor de Aubisque. De beentjes gaan niet echt soepel meer. De 1e dag in het hooggebergte is altijd even wennen. Ondertussen loer ik constant naar de bergwand op zoek naar de Wim van Est memorial. Ik zie hem niet maar later als ik er met de auto nog eens lang ga zie ik hem wel. Goed voor een foto. De top is mooi en het barst er van de fietsers. Omdraaien en terug naar de Soulor. Als ik voor de 2e keer op de Soulor aankom ben ik gesloopt. Maar ik moet de Borderes ook nog over. Dat gaat niet vanzelf. Vanwege een markt in Arrens Marsous is de voet van de laatster klim lastig te vinden. Omdat het inmiddels later is dan afgesproken bel ik Lies. Hoe lang is die klim eigenlijk en hoe kom ik boven? Het blijkt gelukkig om “slechts” 4 kilometer te gaan maar de 8% hellingshoek put me behoorlijk uit. Afdalen gaat ook al niet lekker vanwege split op de weg. Gelukkig ligt de camping direct onderaan de afdaling. Die middag weet ik niet veel meer te doen dan met de beentjes omhoog bij te komen.

84 kilometer en 2600 hoogtemeters

Geen opmerkingen:

Een reactie posten